Welkom La Folia Tekeningen Dracula


Dracula

Een gedicht


borstbeeld van Vlad Dracula vervaardigd door Bert Doesburg, 1987, geplaatst op deze site met toestemming van de kunstenaar; copyright op de foto W.Resida

De wandaden van Dracula beschreven in het jaar 1464 in 1070 versregels door Michael Beheim.
Vrij vertaald naar het 15e eeuwse middelduits

Inleiding, annotatie en commentaar,                                                                                                                             muzikaal fragment
Een tiran genaamd Dracula, voivode van Walachije
1
De allergrootste woesteling en tiran,
waar ik ooit in mijn leven van
heb gehoord op deze aarde.
Sinds de eerste scheppingsdag
waarde er geen groter ontaarde
vuilak rond onder het wijdse hemeldak.
Hier zal ik dichten van zijn faam:
Dracula Voivode is zijn naam
en Walachije is het land,
dat beefde onder zijn vorstenhand
11
Ook zijn vader heerste in Walachije,
een voivode machtig wijd en zijd,
en ook hij voerde zijn dwingelandij
met veel geweld en onrechtvaardigheid.
Daarom werd hij van zijn macht beroofd
en verloor hij zijn gekroonde hoofd.
De vader van de Hongaarse koning Matyas,
Jan Hunyadi, in die jaren was
hij regent over de Magyaren
verrichte toentertijd dit wapenfeit.
21
Toen hij deze voivode liet doden
vereerde diens zoon genaamd Dracula
en zijn broer met hem
samen veel ketterse afgoden
tot wie zij hebben gebeden
met luide stem.
Die hebben zij afgezworen daarna
en ze zwoeren dure eden
om voor het ware christendoom voortaan
toegewijd door het vuur te gaan
31
In het jaar, dat men schrijft
en kent als veertienhonderd en vijftig
plus zes na
de geboorte van Onze Lieve Heer
werd genoemde Dracula
ook gekozen en op het schild verheven
als vorst en tevens krijgsheer
van het Walachijse land
en van de daarbij behorende invloedssfeer
zowel veraf als nabijgelegen
41
En hij beging daar allerande
geweld, ondeugd en schande,
die men zich maar kan voorstellen
Vladislav de voivode en vorst
liet hij terechstellen
als eerste teken van zijn bloeddorst
Deze Vladislav was ook heer
en voivode geweest in het Walachenland
en werd door de snode Dracula omgebracht na
veel lijden, folter en oneer
51
Daarna liet hij alras
een ganse streek en een heel
land te gronde richten,
Hij verwoestte en verbrandde tot as
dorpen en gehuchten,
Hiervan noem i u er een deel
Als Klosterholze was het ene bekend,
het andere had Neudorff als naam
Het derde heette Hosman en wie ze kent
prijst ze gemeenzaam
61
En Beckendorff in het Burzenland
heeft hij daarna geheel verbrand
met kerels en met wijven
en alle kinderen klein en groot.
Wie daar ook mocht verblijven
Hij liet geen in leven blijven
Wie hij daar niet heeft verbrand en gedood
smeedde hij in ketens aaneen als vee
en hij voerde hen allen met zich mee
mensen van alle jaren en beide geslachten
71
Hij bracht hen naar Walachije
en liet allemaal in rijen
aan palen rijgen en afslachten
Nooit bewaarde hij de vrede lang
Ook spietste hij handelaar en voerman
in grote getale op scherpe palen
Eens waren uit alle windstreken
jonge knapen en leerlingen naar
het land van de Walachijse dwingeland
gezonden om aldaar
81
de Walachijse taal te leren spreken
Dracula heeft toen op een veld
de hele groep bijeengebracht
Men had er minstens vierhonderd geteld
en hij heeft ze allen omgebracht,
deze zedeloze dwingeland.
Allemaal heeft hij verbrand
"Het zinde hem niet" liet hij verklaren
dat zij hier kennis vergaren
en rondsnuffelen in mijn land".
91
Wreed was zijn bestuur
Een grote sibbe heeft hij totaal
uitgeroeid en vernietigd met vuur
Hij onthoofdde, en spietste op een hout
man, vrouw, groot, klein, jong en oud
van de minste tot de hoogste
En daarnaast ook nog eens allemaal
broers, zusters, zelfs hun kroost,
alle verwanten, nichten en neven
Velen beroofde hij toen van het leven
101
Hij heeft onderzaten
bloot in de grond laten
begraven tot aan hun navel
En daarna scherpe pijlschichten
op hen te laten richten
Dit is de waarheid en geen fabel
En hij liet ze constant
verwonden tot ze de geest gaven
Massa's mensen zijn in groepsverband
gebraden en gevild door dit stuk verdriet
111
Hij ving een heer, die heette Dan
waarna hij voor deze edelman
door de popen de dodenmis lezen liet
Nadat zijn wil was geschied
en hij volbracht wat hij had uitgedacht
deze laag bij de grondse tiran
werd een graf voor hem gegraven
Dan werd naar het graf gebracht,
waar hem het hoofd werd afgeslagen
O, hij beging zoveel boze zonden
121
Boden werden naar hem toegezonden
uit Saksenland en ook uit Hongarije
en ook uit Zevenburgen
Vijfhonderd man in totaal,
die hield hij vijf weken vast, en zij
vreesden, boef zou hen spietsen en wurgen
Ze hadden grote angst toen hij
voor hun herberg een paal
had opgericht;
deze vileine booswicht
131
Hij hield hen vast zo lang
gevangen in zijn dwang
want hij was heel erg bang,
zij mochten hem onderwijl
verraden toen bij opbrak in een nacht
en vertrok in allerijl
en met zijn ganse legermacht
het Burzenland in reed
en 's-ochtends vroeg, naar ik weet
kwam dit mispunt daar onverwacht
141
Dorpen, burchten en steden
die hij overrompeld had
brandde hij af tot de grond
met de oogste en al wat hij er vond
Alles brandde hij er plat
Kinderen, mannen en wijven
werden vernietigd, vermoord, vertreden
Hij beval allen te ontlijven
Wie hij pakte, wachtte de dood
Niemand ontsnapte uit deze nood
151
In Kroonstad, in de voorstad
bij de kapel genaamd Sint Jacob
ging Dracula Vayda tekeer als een dolle hond
De hele buitenwijk ging in vlammen op
en al wat hij er aan mensen vond,
allen die in zijn klauwen zijn gevallen
Mannen, vrouwen met de kinderen
groot en klein, jong en bejaard
dreef hij allemaal bij elkaar
vanwaar hij ze maar kon vinden
161
'smorgens op een ochtend vroeg
joeg hij deze mensen naar
de berg boven de kerk, waar
hij hen om heen spietste, elk op een staak,
Om en om de berg heen, van de top
langs de hellingen, van boven naar de voet
Hoort toch van deze snode snaak:
hij zat daar midden in aan tafel welgemoed
en hij nuttigde met heel veel smaak
en appetijt ter plekke zijn ontbijt
171
Bloed was zijn passie en het gaf hem zoveel moed
als hij zag vloeien mensenbloed,
dat hij de akelige gewoonte had
om daarin te dopen zijnen hand,
wanneer hij aan de maaltijd zat
en men dat naar zijn tafel bracht
Hij was dan zo opgewekt en bijdehand
dat hij nieuw vermaak bedacht
en wilde hij echt goedgeluimd zijn
dan moest men onder het eten
181
De arme mensen in zijn bijzijn
kwellen en om hun kreten
lachtte hij zich een breuk
"Ai, luister toch naar dit plezant
vermaak, wat is dit blijspel leuk."
waren de woorden van de zotte dwingeland
De stakkers werden op de grond gesmeten
Sommigen brak men uit hun mond de tanden
en anderen weer de vingers van de handen
en hakte men de ledematen af van anderen
191
Van sommigen liet de vermaledijde
fielt oren, lippen, neuzen snijden,
rukken uit het hoofd de haren,
of ophangen aan stangen
of verbranden beide wangen
Erbarmen was schaars en de straffen
bestonden uit al het denkbare
wat een wezen zo'n pijn kan verschaffen
dat hij luid en hevig gilt en jankt
Hij deelde pijn met gulle hand
201
Als dan een mens zo ontzettend lang
is gefolterd in zulke pijn en dwang
en hij zozeer is bezwaard
dat hij niet meer schreeuwen kan
Dan trekt hij zijn zwaard
waarmee hij hem het hoofd afslaat
Of knijpt langzaam dicht zijn strot
Dit deed hij zo vaak hij wilde met mannen,
kinderen en vrouwen voor zijn genot,
om de tijd te doden en zich te ontspannen
211
Hij heeft ook zelfs in Kroonstad
de St. Bartholomeuskerk doen verbranden
en hij heeft de hele kerkschat,
sieraden, kelken, monstransen, misgewaden
alles met zich meegejat,
wat hij daar heeft gevonden
Hij had ook een van zijn veldheren
naar een dorp gezonden
om dat te verbranden en te maroderen
hoort van de smerige woesteling
221
Het dorp heet Zeiding;
maar door de hardnekkige verdediging
van dit bovenvermelde Zeiding
keerde hij onverrichterzake weer
en meldde:"Gaarne gehoorzaam ik uw opdracht,
maar toch kan ik er niet aan voldoen,
zoals u zou wensen mijn heer,
want de inwoners vechten met man en macht
en in het verzet zijn ze me te koen
ze strijden met al hun kracht,"
231
Meteen greep Dracula de man
en hij heeft heeft hem wreed geëmpaleerd
en hij liet hem zo ten onder gaan
Slechts omdat hij niet had gedaan
wat hij hem had verordonneerd
heeft Dracula hem vermoord
Ook waren er handelaren
naar ik heb vernomen en gehoord
uit het Burzenland, met hun waren
gereisd naar de Donau, richting Braila
241
Zeshonderd man voor zover ik weet
liet hij allemaal hangen aan een paal
hij roofde hun have en bezit
Ook is op zijn bevel in die tijd
een zeer grote ketel gesmeed
die gloeiend heet werd verhit
en met twee handvatten werd gelicht
En bovenop met een planken deksel gedicht
Deze pot bracht overal paniek en benauwdheid
en veroorzaakte veel onrust en onzekerheid
251
In het deksel van deze ijzeren reuzenton
waren gaten, waardoor iemand
het hoofd steken kon
En daarna ontstak de helse dwingeland
een vuur eronder, heel groot
om de ketel te verwarmen
Waarin men vervolgens water goot
en de mensen zijn gekookt, de armen
Verder heeft hij kinderen, wijven
en mannen op palen doen ontlijven
261
Weer trok hij met zijn schobbejakken
naar Zevenburgen, naar Talmetz dit keer,
waar hij veel stervelingen
tot moes fijn heeft laten hakken,
velen nam dit gespuis mee terug naar huis
Hoort nu van zijn helse uitspattingen!
Mannen en ook vrouwen, jong en oud
kinderen klein en groot,
reeg hij ter plaatse aan een hout
en bracht hen zo schandelijk ter dood
271
Deze pijnheer en tiran volbracht
alle kwellingen ooit uitgedacht
door alle tirannen tesaam.
Geen heeft er zoveel misdaan,
Herodes, noch Diocletianus,
noch Nero zijn ooit zover gegaan
Sommige mensen liet hij verwonden
en wreed pekelen de kwetsuren
Anderen liet hij in heet vet frituren
Zoveel pijn heeft hij uitgevonden
281
Velen zijn geroosterd en geheel verkoold,
gekookt, van velen het vel gestroopt
Velen zijn opgeknoopt,
Velen heeft hij aan slijpstenen slijpen laten,
Velen zijn in onreine beerputten en privaten
gegooid en verdronken in de gier
Velen zijn naakt als een pier
aan de haren opgehangen
Velen zijn op zeer wrede manier
met de voeten aan kettingen gehangen
291
Hij sloeg deze mensen katijf
op de ogen, neus en mond
en op hun menselijkheid of kont
Hij liet hen ook ophangen
en stenen gooien naar het lijf
tot ze het leven verloren
Talloze mensen liet hij
nagels in de ogen boren
en nagels slaan in hun oren
De walgelijke bloedvergieter
301
Zekerheid of toeverlaat kon je wel vergeten
Men rukte de darmen uit bij velen
Bij anderen werden uitgescheurd de kelen
Van vele werd de schedel gespleten
met knoeten, kegels, en kolven
Ook waren er speciaal afgerichte honden,
die losgelaten op een mens
hem verslonden gelijk wolven
Velen liet hij spijkers slaan
dwars door de gehele pens
311
Anderen zijn op wilde paarden gebonden
die dan werden voortgezonden.
Anderen werden achter karren gebonden
die holderdebolder de berg afrolden
en er was geen houden aan
totdat hun hoofd van de nek was afgegaan.
Verscheidenen werden geworpen uit blijden
en hij propte sommigen in bombarden
waaruit hij hen dan aan flarden
schoot. Wat hebben ze moeten lijden
321
Op zijn bevelen werden velen
van hoge torens naar beneden gesmakt
en ook in diepe bronnen en wateren gekwakt
Voeten en ook handen werden afgeslagen
en hij liet hen ellendig liggen totdat
ze in hevige smart de geest gaven
Menigeen werd in mootjes gehakt
en hij heeft zogende kinderen gepakt
van een half jaar, of oudere zuigelingen
hun moeders trots en grootste schat
331
Die hen liefdevol aan de borst droegen
in hun omhelzing de kleine lievelingen
die de armpjes om moeders nek sloegen
Hoor wat hij deze moeders aandeed
Hij liet hen samen rijgen aan een speet
moeders en de gebakerde zuigelingen
De vrouwen had hij de borstkas uit elkaar
laten splijten en openrijten
en de kleine kinderen daar
met het hoofd in laten steken
341
Hij liet hen zo samen op palen steken
Moeders rukte hij het kroost van de borst
en bakte ze goed bruin met een korst
en gaf ze daarna de moeders als kost
Waarna hij hen de borsten afsneed, die hij
ook gebraden heeft voorgezet
aan hun mannen als lekkernij
die daarna allen op palen werden gezet
Velen werden fijn gestampt tot brij
Anderen samengeperst en geplet
351
Allerlei mensen, van beiderlei
kunne en van alle leeftijden
liet hij spietsen door hun zijde
Met handen en voeten spartelden zij
als hagedissen, padden en kikkers
kronkelden en trokken zij
Hoor de onfrisse:"Ai, zulk dartel vrolijk gewoel
wat tonen zin een groot evenwichtsgevoel",
en hij liet ze aan handen en voeten vastprikken,
de nietswaardige lijkenpikker
361
Het waren zoals ik u reeds gewag
deed mensen van allerlei slag:
Christenen, Serven, Walachen
Joden, Heidenen, Zigeuners ach,
Hoe heeft hij zich verder misdragen?
Hoort van vreemde zaken!
Eens had hij een Zigeuner laten
oppaken, wegens diefstal en inbraken;
toen hij dit feit bekend liet maken,
kwamen diens andere maten
371
de Zigeuners bij
Dracula en smeekten hem, dat hij
hen de gevangene terug gaf
Dracula sprak echter:"Dat zal niet gaan,
hij moet hangen, dat is zijn straf
en niemand zal mij weerstaan!"
Ze weerspraken:"Heer, hangen
is niet volgens onze zeden,
ook al zal men ons betrappen bij het gappen,
niemand zal ons doden om deze reden,
381
Want wij hebben een gezegelde oorkonde ontvangen
lang geleden ons gegeven door de roomse keizer,
dat men onze dieven niet mag hangen."
Let goed op wat Dracula uitbroedde:
hij deed alsof zijn neus bloedde
hoort van zijn bizarre handelswijze:
hij liet deze zigeunerbroeder
in een ketel koken,
en liet de andere zigeuners lokken
en die kwamen allemaal
391
Deze Zigeuners moesten hem in brokken
verdelen en opeten voor hun maal
hemaal met het vlees en ook de knoken
Hoor wat hij verder heeft gewrocht:
Een vrome heer van goed fatsoen
heeft hem op een dag bezocht
en hij trof hem in het oord
waar hij mensen had doorboord,
hij liep daar rond en keek naar
hen zoals hij gewoon was te doen
401
Een schare mensen ontelbaar
hing daar door elkaar,
in een groot lijkenwoud bij elkaar
Op die bewuste plek sprak die sterveling
tot Dracula en vroeg vol belangstelling
waarom hij daar rond
liep in die vreselijke stank
Dracula heeft de man terstond
Het ruggemerg gespalkt als dank
voor zijn welgemeende aanbeveling
411
Hij liet hem deftig hoog verheffen
op zijn sterfplek, opdat het akelige aroma
zijn neus niet meer zo pijnlijk zou treffen
Op een kwade dag bezocht
een priester Dracula
en hij preekte als volgt:
de zonden worden pas vergeven
als men heeft teruggegeven
het onrechtmatig genaaste
bezit en goed van zijn naaste
421
Dracula maakte een ommetje met de pastoor
en nodigde hem uit voor het eten
eenmaal aan tafel gezeten
genoten zij van het middagmaal
verbrokkelde de verdorven druiloor
zijn brood in het eten,
en de paap viste zonder omhaal
wat van Dracula's brokken
uit de soep met zijn lepel op
en begon deze op te schrokken
431
Dracul vroeg hem daarop:
"Zeg me eens, is het niet uw predikatie
dat de zonden niet worden vergeven
eer men ieder recht doet aan goed en leven?
De priester sprak:"Ja, dat is mijn sermoen
in deze kwestie."
"Waarom pik je dan?" vroeg Dracula toen
"zo vrijpostig mijn brokken in, die
ik voor mezelf verkruimelde in deze spijze?
Dit is bepaald geen vrome handelswijze."
441
Hij greep de arme predikant
en heeft hem meteen op een paal geplant
Ook nodigde de vieze schavuit
alle zijn rijksgroten
en de notabelen uit zijn land
bij hem te eten uit.
Nadat ze het maal hadden genoten
richtte hij zich tot de heren
en begon bij de oudste te informeren
of hij uit het blote hoofd kon memoreren
451
hoeveel voivoden, hij had meegemaakt
en hoeveel heren in dit oord
de dienst daar hadden uitgemaakt
Deze heeft hierop geantwoord
hoeveel er volgens hem geweest waren
en hij heeft het Dracula gezegd.
En tevens alle andere bojaren,
de ouden en de jongen, allen na elkaar
heeft hij dezelfde vraag voorgelegd
aan al deze heren bij elkaar:
461
Hoeveel ,heren naar hun mening daar
als voivode op de troon hadden gezeten?
Dit antwoordde ieder voor zich
naar eigen weten;
de een dacht aan dertig
en ook een ander aan twintig,
en men vond er geen zo jong
die noemde minder dan zeven;
nadat hij met informeren
klaar was zolas ik nu net zong
471
Zei Dracula: "Zeg mij eens even,
hoe is het mogelijk, dat
u zoveel voivodes en heren
in uw land heeft gehad?
Uw eerloze ruzies en samenzweren
zijn de oorzaak van dit schandaal!"
Al deze heren, geen een uitgezonderd
jong en oud ving hij allemaal
en zette hen met geweld op een paal:
het waren er wel vijfhonderd.
481
Dracula had een bijwijf bemind
en die liep te beweren

dat ze zwanger was met zijn kind
Dracula liet haar meteen examineren
door een andere vroouw
die bevond, dat hij haar kon geloven,
dat zijn lief beslist niet had gelogen
Dracula nam het wijf
en opende haar gehele lijf
van haar schaamte af naar boven
491
want hij wilde zijn vrucht zien
de loot van zijn adellijke stam
op die plek waar hij wel eens kwam.
Toen was het jaar Onzes Heren daar
zo men schrijft viertienhonderdzesmaaltien
op de dag van Sint Bartholomeusmartelaar,
dat Dracula met zijn legerschaar
op een vroege ochtend trok door het Woud
en alle Walachen jong en oud,
zonder onderscheid naar stand of leeftijd
501
van beiderlei kunne van huis heeft gehaald
hij heeft er wijd en zijd rondgereden
alleen Amlas heeft hij vermeden,
Wat hij aan mensen vergaarde,
heeft hij meteen bij elkaar gebracht
en hij heeft dit met hun uitgehaald
Met harken, haken, gaffels en vorken
werden ze op een hoop bijeengeharkt
en zijn ze als groente klein gehakt
met messen, sabels en zwaarden
511
Degenen, die daar niet werden vermoord
voerde Dracula mee naar zijn land
waar ze wreedaardig werden doorboord
En alle dorpen werden platgebrand,
alles samen met have en goed.
Dat is wat u zeker weten moet.
Deze mensen waren in aantal,
zoals ons werd geopenbaard,
meer dan 30.000 in getal,
man en maag, jong en bejaard
521
Toen men daarop het jaar
veertienhonderdtweeënzestig heeft geregistreerd
is Dracula naar
Groot-Shistov gemarcheerd:
daar heeft hij ook uitgemoord
zoals wij hebben gehoord
Christenen en heidenen van allerlei soort:
wel vijfentwintigduizend bij elkaar
er klonk zo'n jammeren en gillen
dat een mens ervan moest rillen
531
Onder hen waren de mooiste vrouwen,
die men ooit kon aanschouwen
onder menselijke stervelingen
Zij werden gespaard aan lijf en leven
door zijn hovelingen, die toen
bij Dracula gingen bedelen,
dat hij hen tot bruid zou geven
Dracula wilde dit niet doen,
hij heeft die vrouwen en hofedelen
fijn laten hakken als spinazie
541
Dacula was aan de Turkenheer
tijnsplichtig, daarom had die
enkele raden en andere Turkse boden
naar hem gestuurd als zijn legaten,
die toen ze bij Dracula werden ontboden
van hem vorderden de veel te late
betalingen verschuldigd aan hun heer;
"Ik wil", kon Dracula hen vertellen,
"persoonlijk de rekening voldoen,
want dat acht ik mijn plicht."
551
Het bericht, dat hij van plan
was het tribuut zelf naar de sultan
te brengen, stelde alle Turken zeer tevreden
Maar Dracula beval hen toen
naar ik heb vernomen te kwellen
uittrekken, slijpen en vertreden
Zie toch wat hij heeft aangericht:
Hij liet van de Turkse penneliker
neus afsnijden, en ook beide lippen
en zond hem terug met geschonden aangezicht
561
Het hele gebied daar en de omgeving
heette Bulgarije en dat land
heeft hij geheel en al verbrand
Alle mensen. die hij daar ving
joeg hij allemaal over de kling
Men schat en hij heeft toegegeven
wel 25.000 mensen verloren het leven
buiten degenen om, die in het vuur
zijn gebleven dit monsterlijk creatuur
heeft veel vreselijks bedreven
571
Een streek en een oord
dat heette Fagaras
heeft hij uitgemoord:
oud en jong, vrouw en man
heeft hij allemaal vermoord
en aan spiessen opgehangen.
Boden uit Zevenburgen
hebben zelf in Walachije
gezien hoe hij mensen in lange rijen
had laten spietsen en wurgen
581
Die hingen daar aan palen ongeteld
als in een groot stakenveld;
vele soorten mensen waren erbij,
die hij had gevild, gekookt, gestenigd, verkracht,
gedood, geworgd, verdronken, gebraden
en op vele andere wijzen omgebracht.
Hoor nu hoe hij is afgekomen
van enkele van zijn raden,
de kompanen van zijn heimelijkste daden
die hij in vertrouwen had genomen
591
Zij hielpen hem eens verhullen
zijn beste goed en spullen:
hij bracht hen eigenhandig om het leven
zodat zij deze zaak nooit konden aangeven
of ooit zouden kunnen onthullen
in welke grotten of holen
hij zijn schatten had verscholen
Nog ergere dingen heeft hij bedreven
deze woesteling en verdorven knevelaar,
die iedereen in doodsangst deed beven.
601
Enkele landgenoten liet hij het hoofd afslaan
met de hoofden is hij er vandoor gegaan
en mestte krabben vet met deze resten
Daarna zon de rekel tijding
en nodigde hun vrienden uit;
hoort over deze smadelijke dingen
en van zijn grote misdragingen,
wat deze zielenverteerder, schavuit
en slechte barbaar toen beging:
daarover zal ik nu zingen
611
Deze krabben gaf de valse beroerling
te eten aan de stakkers
en hij sprak:"U heeft gebeten
in en gegeten van uw makkers";
daarna reeg hij hen aan speten
Hij had ooit een landman
die een kort hemd droeg
op zijn akkers zien arbeiden,
en Dracula riep hem en vroeg
"Nu zeg mij eens beste man,
621
"Heb je een vrouw?" "Jawel mijn heer"
Hij beval: "Breng haar bij mij";
en toen men haar tot hem leidde
Dracula tegen haar zeide:
"Nu zeg mij eens, wat voor werk doe jij?"
"Luister heer en verneem,"sprak zij
"Ik kook, spin, was en bak". Hij
spietste haar zonder uitstel
en wel omdat zij haar echtgenoot
zo slecht gekleed had.
631
Omdat zij geen langere schoot
of hemd had gemaakt, opdat
men zijn kruis niet kon gadeslaan
Hij hielp hem af van deze vrouw
en gaf hem een ander in trouw
tot wie hij sprak:"Het geeft aanstoot
zo kort als je mans hemd nu is;
naai een langere voor hem en heel gauw
anders spiets ik je gewis
voordat je naar de biecht hebt kunnen gaan
641
Van de monnikenorde van St. Bernardus
die de barrevoeters opdroeg bedelen te gaan
kwamen er eens twee bij hem.
Zij waren van plan om genadegaven
met gemeenzame stem
bij hem te bedelen en vragen.
Dracula sprak de broeders aan:
"Wat is jullie bestaan toch armelijk!";
Zij zeiden: "Heer, het eeuwige rijk
willen wij zo binnengaan."
651
Dracula sprak tot het broederpaar:
"Verlangen jullie sterk naar daar";
Zij spraken:"Ja heer, wij begeren zeer,
dat wij daar reeds het paradijs mochten genieten,
was dat maar de wil van Onze Lieve Heer";
"Ik help jullie alvast op weg" zei hij spontaan
opdat jullie sneller in de hemel geraken."
Hij spietste hen gelijk naast elkaar op staken
en sprak;"Daar heb ik goed aan gedaan,
mijn genadedaad zal u zeker niet verdrieten."
661
Onze twee vrome zielepieten
hadden nog een ezel laten staan
op de binnenplaats van het paleis.
Waarmee zij hun voedsel, spijs,
brood en al wat God in zijn clementie
hen voorzag hadden getransporteerd
Grauwtjes is de straat opgegaan
en maakte daar een groot misbaar;
Waarop Dracula zei: "Ga eens even
kijken naar de oorzaak van die commotie."
671
Zijn knechten hebben hem gerapporteerd:
"Deze twee kwezels lieten hun ezel staan,
die maakt nu zo'n leven."
Dracula zei toen:"Ongetwijfeld wil hij
graag in de hemel bij zijn baasjes komen,
Ik moet hem een handje geven.
Opdat hij snel met hun verenigd zijn";
Dracula heeft langor genomen
en spietste hem zonder omhaal
naast de broeders op een paal
681
Dracula keerde terug in Walachije
uit het Servische land, waar hij
ook veel mensen in de dood had gedreven.
Vlak bij zijn residentie was gelegen
een klooster, dat heette Gorion,
der barrevoeters orde eigendom.
Een kwart mijl van het klooster kwam hij
de portier van deze genoemde abdij
met twee andere monniken tegen,
die hadden in de omgeving
691
hun aalmoezen ingezameld in
de dorpen; zij keerden alle drie
tegelijk terug van hun missie.
Hoort nu van de streken van de aterling;
Broeder Hans heette de portier,
Michael was de andere broeder,
Jacob was de derde zielehoeder;
Dracula riep Michael bij zich
en sprak:"Heer monnik kom 's hier,
snel een beetje als de weerlicht!"
701
Broeder Michael is naar hem toegegaan;
Dracula heeft zich met hen onderhouden
en vroeg of hij de mening was toegedaan
en geloofde, dat hij zou worden behouden,
in aanmerking genomen,
hoeveel mensen al waren gekomen
door zijn toedoen in het betere oord
en of al het volk, dat hij had vermoord,
niet voor hem in de hemel bidt met grote vlijt
en voortdurend bij God de Here voor hem pleit
711
Want hij bracht velen in de staat van heiligheid
en door hem zijn veel mensen hemelen gegaan,
er kon geen twijfel over bestaan,
hij was de allerheiligste uit het mensengeslacht,
ooit uit man en vrouw voortgebracht
daartegen was toch geen verweer
mgeijk? Michael sprak: "Heer,
ook u kan ook tot de genadetroon gaan,
want God heeft vele mensen bewaard,
ook al werd zijn genade pas laat geopenbaard."
721
En broeder Hans, de portier,
riep hij ook meteen tot
bij zich en hij sprak:"Heer monnik, zeg me hier,
wat denk je is mijn toekomstig lot?"
De broeder sprak: "Veel kommer en kwel
en jammerklachten in de hel,
zul je eindeloos genieten,
omdat jij schijnhelig ekelbroed
zoveel onschuldig mensenbloed
hebt doen verspillen en vergieten.
731
Tenzij de Duivel zelfs van jouw moet
kotsen, zul je hem geheel toebehoren
verdoemd tot over je oren.
Ik weet goed, dat ik sterven moet
op zeer gewelddadige manier
vanwege deze ongezouten waarheid
Daarom vraag ik je nu hier
toestemming om nog mijn mening te geven":
Dracula sprak:"Niets weerhoud je,
Van mij krijg je alle tijd
741
Je bent toch wel van het houtje".
De broeder sprak:"Jij boze schurk,
moordenaar zonder erbarmen,
razende woesteling, erger dan een Turk
bloedvergieter en tiran,
hoe martel je de armen!
Wat heb je tegen vrouwen die zwanger gaan,
dat je hen ook spietst op staken?
wat hebben de kinderen je aangedaan,
die je van kant laat maken?
751
Die nog geen drie dagen,
nee nog geen uren geleden het levenslicht zagen
ook die heb je laten speten,
zij die nog niemand kunnen benadelen
en jij verspilt nodeloos het bloed,
van hen, die van geen kwaad nog weten,
Wanneer je een voor schuldig
houdt, vermoord je daarom velen,
en van menigeen is onschulding
vergoten het jonge reine bloed
761
Ik verbaas mij over je moordzuchtige razernij;
waarom vervolg je hen zo onverbiddelijk?
dat moet je me maar eens duidelijk verklaren!"
Dracula antwoordde: "Dat wil ik je onmiddelijk
zeggen en eerlijk openbaren:
Als men onkruid wil rooien,
moet men om het karwei goed te voltooien
niet alleen de takken afhakken,
die volgroeid zijn, maar
ook de wortels in de grond omspitten.
771
Want laat je de wortels zitten,
dan met men over een jaar
weer de uitgelope loten snoeien
Aan die kleintjes, die er zijn
zal ik op termijn de grootste oppassanten
winnen als ik ze op laat groeien.
Om die reden wil ik hen uitroeien,
en daarom ook de wortels uitsteken;
al te licht zullen ze hun verwanten
op mij of de mijnen willen wreken
781
De broeder sprak:"Vreselijk ekelbroed,
meen je werkelijk, dat je onsterfelijk
en altijd in deze wereld zul bestaan?
Eens zal al het onschuldig bloed,
dat je sterveling hier doet
vergieten, tegen je opstaan,
en het hemel voor God
uitroepen, schreeuwen om wraak
jij domme zot, dove gevoelloze blaaskaak,
het hellevuur, dat is jouw lot."
791
Dracula heeft de monnik zonder omhaal
gespietst met zijn eigen handen,
maar niet zoals de anderen.
De anderen sloegen men een paal
naar binnen door hun hol,
maar hij keerde het om deze maal
Een spiets of paal
sloeg hij hem in de bol,
het hoofd naar onder, en het voetenwerk
stak omhoog naar het hemelzwerk
801
Deze spiets voor het klooster opgericht
heeft de monniken hevig opgeschrikt
en zij raakten voor hun leven beducht.
Een aantal sloeg daarom op de vlucht.
broeder Jacob, die ik al had
genoemd was ook hierbij,
In Stiermarken, na deze tocht
kwam hij aan in Neustadt
aan het hof van onze keizerlijke heer,
in een vlakbij gelegen abdij
811
Waar ik Michael Beheim menig keer
deze broeder heb opgezocht,
die mij over veel van het kwaad heeft ingelicht
dat door Dracula werd verricht,
waarvan ik u deels heb gedicht
Over dit ongemanierde ravenaas
gaat verder hier mijn relaas.
en over zijn wandaden en dwaasheid,
zo groot is zijn boosaardigheid
dat men er nog steeds uitgebreid over uitweidt
821
Een stam van wel 300 zigeuners kwam
naar het territoir van Dracula,
hoort wat er geschiedde daarna!
Dracula van het Walachijse land
heeft drie van hun leiders laten oppakken
en liet hen bakken.
En de andere zigeuners van deze troep
ongeacht hun rang of stand
moesten ze helemaal opeten als middagmaal
allemaal uit hun groep.
831
"En zo moeten", sprak Dracula toen
"jullie elkaar allemaal oppeuzelen,
van de hoogste tot de laagste vent,
Tot je uitgegeten bent,
tenzij jullie niet treuzelen
mijn gebod op te volgen en mijn wil te doen
En tegen de Turken zult opmarcheren";
waarop zij spraken:"Genadigste der heren,
als de reis niet te lang zal duren,
dan voegen wij ons naar uw kuren."
841
En in vel van koe en os
kleedde Dracula toen ruiter en ros.
Al deze zigeuners bij elkaar
reden weg in grote schaar;
De Turken zijn hen tegemoet gereden
totdat ze stootten op elkaar.
Toen de paarden van de Turkenschaar
het hoefgetrappel vernamen
en de koeiehuiden zagen, samen
door mensen en paarden gedragen
851
zijn zij op hol geslagen
en gingen op de loop naar een nabije waterloop
en de Turken, die hen bereden
konden hen niet doen stilstaan,
en de zigeuners gingen achter hen aan
tot diep in de bedding van de rivier.
Alle heidenen zijn daar verdronken
daarin gedragen door hun rijdier
en zij allen met hun paarden samen
zijn in de diepe wateren verzonken
861
Veel zieken, blinden, lammen, miserabelen
bedelaars en alle mogelijke armoedzaaiers
die hij maar bij mekaar kon verzamelen
nodigde hij uit om op zijn kosten te eten
toen ze klaar waren met zuipen en vreten
liet hij hen allemaal tezamen
tot as verbranden in een houten huis
zijn commentaar was:"Dit volk is niet pluis";
Het waren er mogelijk meer dan zeshonderd
allen kwamen om, niemand uitgezonderd
871
Ik weet, dat verschillende Walen
als gezant naar hem gestuurd waren
Eenmaal bij hem aangekomen,
hebben zij naar ik heb vernomen
ten overstaan van zijne hoogheid
hun hoeden en kappen afgenomen
Maar onder hun hoeden en bonetten
droegen zij kleine kalotjes of baretten,
die zij niet afdeden,
dat is nog immer der Walen zede
881
Dracula vroeg hen toen,
naar de zin, betekenis en reden,
waarom zij de kappen en heel netjes
hun hoeden hadden afgenomen en gelicht
doch hadden opgehouden de baretjes;
"Het is niet de gewoonte dit te doen
heer", antwoordden zij,
"zelfs voor de keizer hebben wij
nimmer de baretten van het hoofd gelicht,
en hiertoe zijn wij nergens ooit verplicht."
891
"Uw gewoonten", sprak Dracula toen
"zal ik bekrachtigen, en recht doen
en erkennen uwe zeden."
Zij dankten hem zeer uitgebreid
en spraken: "Allergenadigste aller heren,
nimmer zullen wij van uw zijde treden,
maar naar beste vermogen begeren
wij u te dienen voor altijd,
omdat u ons deze genade wilt bewijzen
overal zullen wij u loven en prijzen."
901
Het loeder, de onverlaat en tiran,
mensendoder deed als volgt: hij nam
goede sterke kopspijkers van ijzer
en liet hen rondom, mij zij geloofd
in de baretten vastslaan aan het hoofd,
zodat ze voortaan nooit verloren konden gaan
en ten alle tijden nimmer zouden afglijden;
en zo leerde hij hen mores op deze wijze
en met dergelijke listen en lagen
sleet hij al zijn levensdagen
911
De wrede boosheid, die hij steeds uitdacht
en aan velen had volbracht,
ging alle palen zou te buiten,
dat ik ze onmogelijk peilen kan,
en daarom zie ik er maar van
af er nu hier aan te beginnen.
Hij, die het ergste kwaad kon verzinnen
werd zijn meeste vertrouwde raad;
hij voerde zijn bestuur en hield zijn staat
met behulp van de ergste schavuiten
921
die men op de hele aarde kon vinden,
want, zij werden zijn beste vrinden,
ongeacht hun oorsprong,
uit Servië of Hongarije,
uit Turkije of Tatarije,
allen waren bij hem welkom
Zijn hof was een zedeloze wildebeestenboel
Waardigheid, eer en fatsoen waren er schaars.
Zijn regiem was barbaars,
en het evenbeeld van Satan's Gruwelpoel
931
De knechten van zijn vazallenschaar
waren leugenachtig, onbetrouwbaar
en in alles huichelachtig
zodat ze geen moment mekaar
konden vertrouwen voor een haar
Zij waren niet eendrachtig
Want allemaal hadden ze een eigen moraal
en zij konden elkaars talen niet verstaan.
Dit van de galg gedropen
volk was overal vandaan bij hem aan komen lopen
941
Daarom kan men niet alleen maar
over hem spreken, want voorwaar
slechts door gebrek aan onderlinge eenheid
konden zijn uitspattingen en verdorvenheid
zo lang voortgaan,
zonder hun aanwezigheid
bij hem, was er nooit zoveel onenigheid
en twist geweest, zoals eerder beschreven;
hij heeft nog veel erger bedreven
en tegen God, eer en recht misdaan
951
Toen hij, zoals u reeds van mij heef gehoord
tegen de Turk tekeer was gegaan,
was deze laatste zeer verstoord.
Hij grimmig en barstend van woede,
vol giftige haat jegens Dracula
dorstend op wraak zon, dacht en broedde
hoe hij hem hiervoor kon laten bloeden:
Hij deed kond in geschrift en woord
aan de vele hooghartige barbaren
in zijn hele rijk van dit wedervaren.
961
Toen Dracula ontving de mare,
dat de vreselijke Turkenscharen
met een reusachtige legermacht
tegen hem wilden strijden,
heeft hij daarover diep nagedacht,
en hij zag in dat zijn verzet ijdel
was. Door zulk een grote macht
zou zijn leger worden afgeslacht
de Turk zou stormenderhand
alles nemen, hem verjagen uit zijn land
971
En de schelm bedacht:
"Ik wil pogen of het mogelijk is,
om te krijgen zijn vergiffenis":
Hij stuurde zijn bode terstond,
die toen hij de Heiden vond,
deze keizer van het Morgenland
hem deze boodschap bracht
Mocht hij hem weer aannemen in genade
en hem vergeven alle misdaden,
mishandelingen en schade
981
die hij hem had toegebracht
dan zou hij het herstellen
en hem alles weer teruggeven
Koning Matyas van Hongarije
en ook diens beste raden wilde hij
gevangen nemen met zijn gezellen,
en brengen en in zijn handen geven;
de Turk heeft zijn bode teruggezonden
en stemde in met alle voorstellen,
en vergaf hem al zijn zonden.
991
Dracula had zijn belofte uit voorzorg
op schrift gesteld en gezegeld als waarborg,
en de Turk was zeer content
met zo'n grote gelegenheid
want hij had geen groter opponent
in heel de christenheid.
Dracula vond dat hij in deze heikele kwestie
het enige juiste besluit had genomen
hij was er nog genadig van afgekomen;
zo luidde zijn conclusie
1001
Hij liet geen moment verloren gaan
en schreef de Hongaarse koning snel
dat hij hem tegen de Barbarenschaar
moest helpen, en wel zonder uitstel,
omdat niemand anders in deze nood
hem zou kunnen bijstaan.
En hij niemand anders op aarde kende
tot wie hij zich kon wenden,
omdat hij zijn leenman, bondgenoot
en ook vazal was. En hij zijn dienaar
1011
vooral niet moest alten vallen
want hij wilde nimmer Walachije
laten scheiden van de kroon van Hongarije
De koning der Magyaren maakte zich klaar
met een groot leger vazallen
naar mij is verteld, en hij ging op pad
en vertrok uit Buda, zijn hoofdstad
nam met zijn leger de snelste weg naar
Zevenburgen, naar Kroonstad;
met hem gingen veel magnaten
1021
baronnen, heren, ridders, knapen en soldaten
en het was een drukte van belang
naar het schijnt in deze stad.
En ook Dracula kwam daar aan
met veel volk in zijn achterban
Minstens vijf weken lang
overlegden zij daar tezaam;
in die tijd heeft de koning ervaren
van de hem dreigende gevaren,
en van de verdorven misdaad
1031
en het dodelijk verraad
dat Dracula met de Heidenen in Turkije
in zijn hoogmoed heeft uitgebroed
En in deze aangelegenheid
dat Dracula vaivoda
een aanslag op hem had voorbereid:
veinsde de koning van Hongarije
totale onwetendheid
ze zouden spoedig de stad
verlaten op veldtocht tegen de Halve Maan
1041

De mars zou dwars door Walachije gaan
om daarna tegen de Turken op te rukken
en te strijden met de vreselijke Heidenschaar
Ze vertrokken gezamenlijk vandaar
en met hen reed menig dappere vent
mee in ieders regiment.
Ze reisden een eind en een zekere wijle
weg van de stad die ik u al genoemd had
tot in het Walachijse land
een afstand van ongeveer zes mijlen
1051

Dracula voelde zich zeker op eigen terrein
toen ze waren aangekomen en beland
bij zijn kasteel genaamd Koningstein
Daar werd Dracula toen aangevallen,
door een heer, een des konings vazallen
wiens naam alom bekend is.
Namelijk Heer Jan Gyskra van Brandys
viel als eerste Dracula aan
ving hem en liet hem in de boeien slaan
deze lafhartige vijand
1061

In Walachije zijn eigen thuisland
werd hij gepakt en zijn hechtenis
zorgde voor heel wat ontsteltenis
en ophef tot hij met de koninklijke trein,
die hem moest begeleiden en streng bewaken
zijn vorstendom weer had verlaten.
Men voerde hem vlug naar Hongarije terug
ter berechting door zijn soeverein
en hij werd gebracht naar het slot de Plintenburg
waar hij meteen achter slot en grendel verdween.


Welkom La Folia Tekeningen Dracula